NIEUWS
Een aardige eerste aanzet
De concepttekst van het credo heb ik met interesse gelezen. Het doet me goed om te zien dat er – vergeleken met het Apostolicum – gekozen is voor een tekst waarin volop aandacht is voor de mens en voor datgene waartoe we als christenen zijn geroepen: te leven in het spoor van Jezus.
Het feit dat dit credo teruggaat op de Apostolische Geloofsbelijdenis maakt helaas ook dat er weinig verrassends in zit. Ook vind ik het jammer dat het levensgevoel van de moderne gelovige niet wordt aangestipt: de ervaring dat geloven veelal een zoeken is dat niet per definitie hoeft te leiden tot vaststaande overtuigingen (immers: in het zoeken zelf worden we geraakt door de Eeuwige) en de ervaring dat niet alleen door de getuigenissen van profeten en apostelen, maar onder andere ook door allerhande hedendaagse stemmen en beelden Gods stem tot ons klinkt.
Positief waardeer ik wel de beschrijving van Jezus als de rechtvaardige. Daarbij aangetekend dat velen uit onze kring zich meer zullen vinden in de beschrijving dat hij de wil van God heeft gedaan en ons daarin is voorgegaan, dan in de zinsnede over schuld en verzoening.
Verder hoeft mijn inziens niet de groei van de ‘gemeenschap van hen uit de wereldwijde christenheid’ aan de orde te komen, vooral ook niet omdat hier de schijn (?) opgeroepen wordt dat wie groeit extra stem verdient: juist in het christendom gaat het toch om inhoud. Ook zou ik naast een tekstgedeelte over de eenheid graag iets horen over de zegen van de verscheidenheid (‘de hand kan niet zeggen tot de voet: ik heb je niet nodig’).
Wat de taal van het credo betreft: het mag van mij allemaal wel iets poëtischer. Zinnen als ‘geen mens is meer een hopeloos geval’ vind ik nogal plat. En een zin als ‘wij bidden dat hiervan een sprake mag uitgaan’ is mij te ouderwets van toonzetting. Het geheel is soms ook nogal verschillende van stijl, zo ervaar ik het ‘feitelijke’ zinnetje ‘Met Pinksteren is de Heilige Geest uitgestort’ als een Fremdkörper in de verder zo belijdende tekst.
Kortom: het is een aardige, eerste aanzet voor een nieuw credo, maar het mag van mij wel wat verrassender, moderner en poëtischer.
Vrouw, 38 jaar, Remonstrantse Broederschap